De werkvorm.
In tafelgroepjes maken de leerlingen één schriftelijke lijst met ideeën, antwoorden of oplossingen.
Voorbereiding.
Voor elk tafelgroepje is één vel papier en één pen nodig.
De stappen.
1. De leerkracht noemt een onderwerp en geeft DenkTijd.
2. De leerlingen noteren om de beurt een idee, antwoord of oplossing op het papier dat rondgaat. Wie begint? 🙂
3. Er kunnen meerdere rondjes gemaakt worden.
4. Aan het eind van deze opdracht bekijken de leerlingen in hun tafelgroepje de lijst en vullen samen nog aan of wijzigen samen een of meer antwoorden.
Tips:
* Er mag niet gepraat worden. Als leerlingen weten dat ze bij stap 4 de mogelijkheid krijgen om samen te overleggen, zal dat gemakkelijker zijn.
* In tegenstelling tot bovenstaande tip: Het kan voor het vlot uitvoeren van deze werkvorm helpen, als de leerlingen zachtjes het woord dat ze opschrijven noemen. De leerlingen die daarna aan de beurt zijn en hetzelfde idee hebben, kunnen iets anders bedenken.
Hoe gebruik ik deze werkvorm?
* Wereldoriëntatie: Noem om de beurt iets wat te maken heeft met …
* Stellen: Noem om de beurt een mogelijk hoofdpersoon of een mogelijke locatie.
* Spelling: Noem om de beurt een woord in de categorie …
* Engels: Noem om de woord een Engels woord én de vertaling.
Oefendictee in de werkvorm TafelRondje.
1. De leerkracht geeft klassikaal een dictee van een aantal woorden.
2. De leerlingen noteren om de beurt een woord op het papier dat rondgaat. Wie begint? 🙂
3. Er kunnen meerdere rondjes gemaakt worden.
4. Aan het eind van deze opdracht bekijken de leerlingen in hun tafelgroepje het gezamenlijke dictee en wijzigen eventueel samen een of meer antwoorden.
5. De correcte spelling van de woorden wordt op het digibord getoond.
6. De leerlingen kijken samen hun dictee na.
Heb je tips, aanvullingen of vragen?
Laat dan gerust een reactie achter 🙂